dinsdag 5 januari 2010

IJs



"Gelukkig rijd ik op vier wielen en niet op maar twee", zegt een keurige oude dame tegen me terwijl ze voorzichtig uit haar auto stapt. "Maar het is allebei eng!" Ze grijpt zich net op tijd vast aan de auto als ze bijna uitglijdt op de stoep. "Ik ben blij dat u loopt!", voegt ze eraan toe.
"Ik durf nu niet te fietsen", antwoord ik.
"Gelijk heeft u", stemt de mevrouw in. "Het lijkt begaanbaar. Maar er ligt gewoon een laag ijs op de straat en op de stoep. Moet u nog ver?" Ze kijkt bezorgd naar mij en mijn fiets.
"Nee hoor", stel ik haar gerust. Ik ben al in mijn eigen straat. Nog hooguit honderd meter.
"Ik ben blij dat u niet fietst", zegt de dame nog een keer en ze schudt met haar vuist in de lucht. Ze maakt me aan het lachen. En dat was hard nodig, want ik was strontchagrijnig geworden door de gladheid. Ik heb spierpijn in mijn hele lijf van het krampachtig proberen in balans te blijven, lopend of op de fiets. Het enige dat ik mooi vind aan deze weersomstandigheden is dat er geen onderscheid meer is tussen jong en oud, tussen automobilist, tweewieler of voetganger, tussen deftige mevrouwen en gewone mensen zoals ik: iedereen beweegt zich even behoedzaam en iedereen vindt het even glad.
Ik wilde heel graag dat er ijs kwam. Maar niet op straat.

1 opmerking:

Lotje zei

Ik fiets elke dag door sneeuw en over ijs en het went gelukkig wel. Maar ik ben blij met ieder wintervrij stukje dat ik tegenkom! Want de angst voor glijden en vallen is nooit helemaal weg...