vrijdag 17 juli 2009

Hop

Foto: www.vogeltrackers.nl

Mijn ouders geven een feestje. Tante M. is er, dus vermoedelijk is oom G. er ook. Broer 1 en broer 2 zijn er, misschien wat neven en nichten. J. is er, die doet alsof ze me niet kent. Haar tweelingzus komt ook met haar drie kinderen. De jongste is nog maar een baby'tje. De oudste verdwijnt direct uit beeld en de middelste, een meisje dat een ziekte zou hebben, vliegt me blij om de nek. Hond is er ook en ik moet opletten om haar uit de buurt te houden van een andere hond, een bruin pitbullachtig beest. Dat lukt goed, maar wat ik ook niet wil gebeurt toch: ze snuffelt aan de baby van de tweelingzus van J. De baby kijkt met ronde angstoogjes naar de kop van Hond die zo dichtbij is, en de tweelingzus vaart tegen me uit: "Wat is dat voor een irritante hond! Hou 'm bij je!" Tante M. is ziek. Ze ligt in de gang. Ik ben voor haar aan 't zorgen als mijn aandacht wordt afgeleid. Mijn vader en broers verdringen zich voor het raam van de keuken en turen in de schemerige achtertuin. Ik wring me tussen mijn vader en broer 1 in en zie een wonderlijke, exotisch ogende vogel op hoge poten door de tuin stappen. Als ik beter kijk zie ik er nog één. Rechts staat een groepje kleine zilverreigertjes bij elkaar. En daar zie ik nog twee van die exoten. Ze zijn groot, maar kleiner dan een blauwe reiger. Vrij lange snavel en een kuif, zoals een hop heeft. Ze zijn wittig grijs met zwart. Indrukwekkend op het beangstigende af. Mijn moeder, die helemaal niet kijkt naar de vogels en daarvoor ook geen moeite doet, roept allerlei vogelnamen. Mijn vader duwt een vogelboek in mijn handen: ik moet opzoeken welke soort het is. Dat lukt niet, ik kan de index niet vinden, en als ik met veel moeite toch een index heb gevonden, kan ik die niet lezen. Iedereen pusht me ongeduldig om nou eens op te schieten met opzoeken, voordat de vogels wegvliegen, maar ik krijg het niet voor elkaar. Ik leg het boek op het aanrecht en ga de keuken uit. In de gang ligt nu J. en ze slaapt. Tegen haar aan ligt het meisje, dat ook slaapt. Voorzichtig dek ik het meisje toe met een jas. Ze ligt zo lief en stil dat ze me ontroert. Na lang aarzelen dek ik toch ook J. maar toe, en ik verlaat het huis.

Geen opmerkingen: