zondag 31 mei 2009

Pinksteren


Op een mooie Pinksterdag hoopte ik dat ik vandaag zou kunnen vertellen dat ik op deze mooie Pinksterdag met mijn dochter (m/v, 9 jaar) aan het handje in het parrekie liep te kuieren in de zon. Maar zo is het niet gegaan. Wel ontmoetten we op die mooie Pinksterdag H. en A. "Jij bent toch Muisje?" vroeg H. aan mij. Ik had haar nog niet als H. herkend. Muis, wie, ikke? "Ja, jij, Muis, dat ben jij toch?" Vragend keek H. naar A., maar A. en ik kenden elkaar niet, dus zij kon geen uitsluitsel geven. Ondenkbaar leek het me beslist niet dat ik Muisje zou zijn - had ik me niet altijd al een kleine onopvallende grijze muis gevoeld? Aandachtig bekeek ik H. en heel langzaam schoof er een oud beeld overheen. "Wacht - ben jij... Jij bent... Je bent niet G., toch?" Een paar dagen later belde ik ze op. "Hé, hallo!" riep A. enthousiast door de telefoon. En op mijn vraag hoe het ging: "Nou, we leven nog hoor! Vanochtend zijn we weggeweest met het paardenkarretje - " en een lang verhaal volgde, waaraan ik geen touw kon vastknopen. Maar grappig was het wel. Halverwege een zin, waarin A. op een kruising het verkeer stilhield en H., gezeten op een paardenkarretje, in vliegende vaart overstak, viel A. stil. Ineens realiseerde ze zich dat ik een ander was dan ze dacht. Heel even zwegen we allebei gegeneerd om vervolgens in lachen uit te barsten. In geuren en kleuren vertelde A. nogmaals het verhaal over het paardenkarretje, maar nu zo dat ik het begreep. Sindsdien noemen K. en ik hen de Paardenkarretjes, al heeft het paard waarschijnlijk allang de route naar de paardenslager afgelegd. De Paardenkarretjes kunnen vandaag de dag met drie kindertjes in het park gaan wandelen, maar ze zullen eerder aan het strand te vinden zijn. En ach, met Hond op stap in het bos is bijna net zo leuk. Gaan we madeliefjes plukken, eendjes voeren, eindeloos. Op een mooie Pinksterdag, samen in de zon.

Met dank aan Annie M.G. Schmidt.

Geen opmerkingen: