donderdag 2 april 2009

Verkering


Al een poosje zat het meneer Koolmees niet helemaal lekker. " 't Is mijn broer", had mevrouw Koolmees verklaard toen, weken geleden al en nog volop bezig met de verbouwing, een vreemde man het huis binnen wilde. "Die had je niet zo moeten uitschelden." Meneer Koolmees had zijn verontschuldigingen aangeboden en geprobeerd om het voorval te vergeten. Dat leek aardig te lukken, totdat die kerel toch weer opdook. Mevrouw Koolmees was niet in de buurt, wat meneer Koolmees de gelegenheid gaf om die zogenaamde broer eens flink de waarheid te zeggen. Geïmponeerd droop de indringer af. Sindsdien bleef meneer op zijn qui vive. De broer kwam niet meer ter sprake, maar toch leek er iets veranderd te zijn. Alsof mevrouw Koolmees er met haar gedachten niet helemaal bij was. Niet helemaal bij hém was. Minder vaak naar hun nieuwe huis kwam. Te laat op hun afspraakjes. Of verbeeldde hij zich het maar? Gek werd meneer Koolmees van zijn getwijfel. Zodra hij haar zag, wist hij het bijna zeker: nee joh, ik zie spoken. Maar als hij dan weer alleen was, of als hij zijn vrienden hoorde praten over hun vrouwtjes, dan weifelde hij weer. Haar bróer? Duh. Vandaag werd zijn angstigste vermoeden bevestigd. In de malus zingt hij hun gezamenlijke liedje. Altijd kwam ze dan direct. Er gebeurt niets. In de appelboom probeert hij het nog eens. Nada. Oké, geen paniek, spreekt hij zichzelf toe. En vol passie zingt hij een ander deuntje, één van haar lievelingsliedjes. Geen mevrouw Koolmees. Shit, ik zit nog in de verkeerde boom, bedenkt hij dan. Ik moet terug naar de malus, dan kan ze me van ver af al zien. In de malus probeert hij nog veel meer vuur in het deuntje te laten doorklinken. Verdomme, kreng... De voortuin! Ik probeer gewoon de voortuin. Ook geen succes. Terug, gauw terug naar de malus. Nu niks geen vurige deuntjes meer, alleen nog maar hun eigen herkenningsmelodie. Hard, harder, en harder, en harder, en nog harder, en zo hard als hij kan. Het lijkt wel uren later te zijn als er eindelijk een dame arriveert. Ze verschuilt zich in de klimop en meneer Koolmees heeft niet eens goed kunnen zien of zij zijn liefje is. In a split second neemt hij een dramatische beslissing. Bekijk het maar, moet hij hebben gedacht. En hij vliegt weg.

Geen opmerkingen: