dinsdag 7 april 2009

Graf


In een hoekje vlakbij de balie ligt een man met zijn hoofd op tafel. Het ziet eruit alsof hij huilt. Een bekertje water staat onaangeroerd voor hem. Drie mensen staan bij hem maar wat te staan. Als ik met ggz-G. meeloop naar haar kamer, lijkt ze geen acht te slaan op het tafereel. De man doet me met zijn niet-Nederlandse uiterlijk denken aan de man die ik eens in het bos bij het graf aantrof. Eerst viel me zijn fiets op. Het was niet de bedoeling dat de fiets zou opvallen, zo stond hij geparkeerd tussen de bomen. Toen ik verbaasd om me heen keek, zag ik de man bij het graf. Hij had zijn bezoek gepland. Je moet van het graf weten om het te zien. En hij had keurig een vuilniszak neergelegd om op te zitten. Het was niet het type man dat ik meestal in het bos tegenkom. Hij zat verwoed te schrijven en hij zag mij niet. Hij had een niet-Nederlands uiterlijk. Zijn aanwezigheid daar verwarde me. Hij zat daar ongetwijfeld geen liefdesbrief te schrijven. Of een roman. Waar ik dat op baseerde wist ik niet, maar ik was er wel zeker van. Ik hervatte mijn wandeling met Hond, maar was er met mijn hoofd niet bij. Wat als ik straks zou terugkomen en zijn fiets stond er nog, maar hem zag ik niet meer? Wat als ik daar in zijn plaats eenzaam en ellendig zou zitten en iemand liep zomaar voorbij? Terug, ik moest terug. Opgelucht stelde ik vast dat de man er nog zat, nog steeds aan het schrijven. Vastberaden maar voorzichtig liep ik naar hem toe. Pas toen ik vlakbij hem stond en aarzelend "Hallo?" had gezegd, keek hij op van zijn dichtbeschreven vel papier. "Ehm..." Wat zeg je eigenlijk tegen iemand van wie je denkt dat hij op één of andere manier wil verdwijnen? "Ik vraag me af... is alles in orde met u?" "Jaja, alles goed", antwoordde hij. Hij keek me niet echt aan. "Dus ik hoef me geen zorgen te maken?" Toch nog even extra checken. "Het lijkt me niet een gebruikelijke plek om te zitten, vandaar." "Alles goed, echt", bevestigde de man nog eens. Pas enkele dagen later durf ik er weer langs. Geen fiets. Behalve bladeren niets in de kuil. De huilende man is weg als ik terugkom van mijn gesprek met G.

Geen opmerkingen: