zaterdag 11 april 2009

Druk


Als ik in de auto stap, bedenk ik dat ik me eigenlijk best wel beroerd voel. Alsof ik een paar nachten nauwelijks heb geslapen. En dan weet ik nog niet dat ik drie rondjes moet rijden voordat ik een parkeerplaats vind. Ik sta op het punt om terug naar huis te gaan als ik toch een gaatje ontdek. Op het nieuws had ik gehoord dat voor de meeste mensen Pasen synoniem is aan eten, maar het is me niet duidelijk waarom al die mensen precies tegelijk met mij hun boodschappen moeten doen. En wat nog veel erger is, is dat om één of andere reden rond dit soort feestdagen mensen in de winkel worden toegelaten die er normaal nooit komen. Vrouwen nemen hun echtgenoten mee en niet alleen om de auto te besturen en de dozen wijn te dragen. Nee, die mannen moeten ook nog meepraten over wat ze zullen eten. En welke ingrediënten ze dan nodig hebben en hoeveel. Een keurige echtgenoot - type tandarts - staat te stuntelen met leesbril, weegschaal en voorverpakte tomaten. Zijn vrouw grijpt hem ruw bij zijn elleboog. "Wat sta jij te doen", sist ze hem toe. Hij mompelt iets over nummertjes en bonnetjes. "Die dingen hoef je niet te wegen, dat zie je toch." Namens zijn vrouw glimlach ik verontschuldigend naar hem. Laat haar maar, probeer ik daarmee uit te drukken. Vanwege Pasen mist ze haar bridgeclubje. Is ze helemaal door uit balans. En ik concentreer me weer op mijn eigen aandeel in deze veldslag, die zich gelukkig vooral afspeelt rond de zalm en de lamsrollade en niet bij de vegetarische vleesvervangers. Maar mijn tollerige gevoel wordt er niet minder van. Wonder boven wonder herinner ik me wel precies waar ik de auto heb neergezet. Thuis, op de bank, een heerlijke thuisbezorgde pizza achter de kiezen, en voor zover ik me nog draaierig voel is dat te danken aan een glas wijn, bedenk ik me nog iets. Matzes. Ze verkochten helemaal geen matzes.

Geen opmerkingen: