dinsdag 6 januari 2009

Slavinken


In 1981 viel 6 januari net als nu op een dinsdag. De tweede dag na de kerstvakantie en ik werd dertien. Tot mijn ontsteltenis bleek daar, tegen de gewoonte in, 's ochtends geen aandacht voor te kunnen zijn. Mijn vader was al weg toen ik beneden kwam om te ontbijten. Hij had een vroege afspraak bij de tandarts. Hij, noch mijn moeder had de moeite genomen om me dat te vertellen. Slingers ontbraken. Op school had ik het eerste uur les van de mentrix van de klas. De mentrix feliciteerde S, die drie dagen eerder jarig was geweest. Tegen mij zei ze niets. Terwijl ons gezin in die tijd onomkeerbaar en in razend tempo uit elkaar viel, zag ik de mentrix als een baken, als zekerheid, als een persoon bij wie ik als het moest terecht zou kunnen. Door dat idee lukte het net om overeind blijven. Dat ze niet mij, maar wel S feliciteerde, was een koude douche. Aan het eind van de middag, toen ook mijn vader thuis was, kreeg ik eindelijk mijn cadeautjes en was er de traditionele appeltaart. Veel tijd was er niet voor, omdat mijn peetoom en peettante kwamen eten. Mijn moeder wist niet hoe snel ze terug moest naar de keuken. En mijn vader was chagrijnig, zoals altijd na zijn werk. Als jarige had ik mogen kiezen wat we zouden eten. Ik koos slavinken. Toen we met tante en oom aan tafel zaten, bleek dat mijn moeder inderdaad slavinken had gemaakt, een schaal vol. En alleen voor mij. De anderen kregen rollade of iets dergelijks. Ik voelde me erg belachelijk met die bak slavinken voor mijn neus - en achteraf bleek mijn moeder kwaad te zijn dat ik juist daarvoor had gekozen. "Je snapt toch wel dat ik zoiets niet aan je oom en tante kan voorzetten", brieste ze. Nou nee, daar snapte ik helemaal niets van. En toen ik eenmaal de gedachtenkronkels van mijn moeder dacht te kunnen doorgronden, weigerde ik om het te begrijpen.

Geen opmerkingen: