vrijdag 2 april 2010

Cappuccino


Ze verrast me: ze weet nog wie ik ben. Ik heb er op gerekend dat ik me opnieuw moet voorstellen. Dat ik zal moeten zeggen: "Ik zat in de referentiecommissie, weet je nog". Dat zij zal zeggen, zonder dat haar ogen dat bevestigen: "Oja, nu je het zegt." Maar nee: ze herkent me nog. Mijn nieuwe leidinggevende die gisteren is begonnen. Bij de koffieautomaat maken we een ontspannen babbeltje. Over koffie, dat ze blij is dat de automaat ook cappuccino schenkt. "Ik zou me er maar niet teveel bij voorstellen", waarschuw ik. Slechter dan wat ze gewend was in haar vorige baan kan het niet, denkt ze. "Oké", zeg ik. Niet dat er iets oké is. Want ondertussen trapt de coach me in mijn buik omdat ik toch met haar praat. En dat mocht niet van de coach. De nieuwe leidinggevende mag me niet herkennen en ook nog niet kennen. Goed. Voor deze dag is het goed. De nieuwe leidinggevende heeft vandaag toch geen tijd. "Succes", zeg ik. Ik huppel naar mijn kamer. "Ze heeft me herkend, ze heeft me herkend", zing ik zachtjes. Tot ik hoor wat ik zing. En schrik. Ik loop terug naar de coach en geef haar een harde klap. Op werk hoor ik niet te denken dat ik vergeten ben.

Geen opmerkingen: